Nieuws
Samenwerking met de gevangenis
Samenwerking met de gevangenis
Gedetineerden in Nederlandse gevangenissen hebben voortdurend te maken met allerlei beslissingen die over hen worden genomen. Van overplaatsingen tot disciplinaire straffen en ontzegging van bezoek. Tot in detail is wettelijk vastgelegd waarover gedetineerden zich vervolgens concreet kunnen beklagen, binnen welke termijn, bij welke instantie(s), enzovoort. Maar in de praktijk blijkt dat het voor hen ondoenlijk is om altijd zelfstandig op te komen tegen onwelgevallige beslissingen. De advocaat kan dan uitkomst bieden. Dat is althans de verwachting van de gedetineerde. En ook de bedoeling.
Onderling problemen oplossen
Ons kantoor gaat bij voorkeur niet gelijk de juridische strijd aan. Wij mikken liever op een onderlinge oplossing met de directie van de gevangenis. Bij bepaalde beslissingen (disciplinaire straffen) ligt die werkwijze minder voor de hand, maar vaak is er wel degelijk ruimte om het een en ander met elkaar onderling af te stemmen. Om het verhaal van de gedetineerde over te brengen, met het verzoek aan de directie om op een bepaalde manier te handelen. Zonder direct een beroep te doen op de Commissie van Toezicht of de RSJ. Bij het onderling regelen van een probleem is uiteindelijk iedereen gebaat. De gedetineerde wordt dan sneller gehoord en het bespaart tijd. En nodeloos procederen.
Muur van onwil
In toenemende mate stuiten wij in onze praktijk echter op weerstand in het contact met gevangenissen en huizen van bewaring. De ene inrichting is weliswaar de andere niet. Maar wij hebben meer dan eens het idee tegen een muur aan te lopen als we proberen om een gedetineerde cliënt uit een benarde situatie te helpen. Onlangs was er een cliënt die op korte termijn vanuit de PI naar het Pieter Baan Centrum zou worden overgeplaatst, waardoor het voor hem noodzakelijk was dat hij in het huis van bewaring voldoende kon uitrusten. In ieder geval ’s nachts. Om beslagen ten ijs te komen in de kliniek. Hij zat echter op cel met iemand die de hele nacht tv keek. Van (nacht)rust kwam dus niks terecht. Op het verzoek aan de directie om die cliënt op een eenpersoonscel te plaatsen, kwam een ontvangstbevestiging als respons. Daarna bleef het een maand stil.
Terugbelverzoeken
In andere gevallen is het krijgen van een ontvangstbevestiging na een gestuurde e-mail juist iets waarvoor nog net niet de vlag uitgehangen kan worden. Aan de orde van de dag is namelijk dat op (spoedeisende) e-mails van onze zijde, namens de gedetineerde, geen enkele reactie komt. Een telefoontje naar de inrichting levert dan veelal niets meer op dan de mededeling dat de e-mail ‘naar het verkeerde e-mailadres is gestuurd’. Terwijl dat absoluut niet het geval is. Iets anders is het doen van terugbelverzoeken. Die worden doorgaans gewoon ingewilligd, maar geregeld ook niet. Terwijl er bij een terugbelverzoek van de advocaat doorgaans iets dringends te bespreken valt. Zo kunnen we nog wel even doorgaan.
Doorbraak communicatieve impasse – de beklagprocedure
De oplossing van deze communicatieve impasse lijkt gelegen in hetgeen juist op korte termijn weinig zoden aan de dijk zet: de formele beklagprocedure. Dat lijkt helaas de realiteit. En daar zou men zich binnen het gevangeniswezen bewust(er) van moeten zijn.
Creatief
Ondertussen worden wij alsmaar creatiever in het vinden van manieren om tóch het gewenste resultaat te bereiken voor de gedetineerde. Als de gevangenis niet thuis geeft, dan misschien de schorsingsbevoegde RSJ? Of de landsadvocaat? Dit soort inzichten zijn dan het voordeel van de huidige situatie. Wij weten er inmiddels wel raad mee.
Zit u gedetineerd en heeft u een advocaat nodig die opkomt voor uw rechten binnen de gevangenismuren of kent u zo een gedetineerde? Wij staan gedetineerden bij in uiteenlopende kwesties, zoals met betrekking tot disciplinaire straffen, (ontzegging van) bezoek, telefoneren, postverkeer, plaatsing in afzondering, uitsluiting deelname aan activiteiten, camera-observatie, enzovoort.
Neem gerust vrijblijvend contact met ons op.
Deze blog is geschreven door mr. Abdulah Vehab.
Moet u voorkomen?
Neemt u gerust contact op als u een dagvaarding heeft ontvangen en moet voorkomen. Wij staan voor u klaar.
Indien u wordt verdacht van een strafbaar feit, aarzel niet en neem contact op met een van onze advocaten.
Dekens Aytemur advocaten
De opkomst van AI & het risico op gerechtelijke dwalingen
De opkomst van AI & het risico op gerechtelijke dwalingen
Recht spreken is mensenwerk. Rechters zijn geen machines. Mensen maken fouten, rechters soms dus ook.
In het strafrecht geldt nog altijd het adagium “beter tien verdachten ten onrechte vrijgesproken, dan één verdachte ten onrechte veroordeeld”.
Het zal je maar overkomen dat je wordt beschuldigd van een vreselijke misdaad; je onschuldig bent, maar geen enkele rechter die je gelooft. Er zijn bewijsmiddelen die belastend zijn. Rechters zijn ervan overtuigd dat je het hebt gedaan. Het gevolg: je wordt veroordeeld. Door de rechtbank. Door het hof. En de Hoge Raad laat die veroordeling(en) in stand. Na jarenlang strijden is het resultaat jarenlange gevangenisstraf, waarvan je er misschien al een paar jaar van zit, vanwege alle gerechtelijke instanties die je hebt doorlopen.
Onschuld aantonen & strijdkracht
Je moet van goeden huize komen om je onschuld alsnog aan te tonen. Én je moet, met je advocaat, onophoudelijk kunnen blijven strijden. Je niet laten knakken. Je niet neerleggen bij de rechterlijke uitspraken. En dat wat nodig is kunnen financieren.
Hoge lat voor novum
Je moet vragen om herziening. Dan moet je – simpel gesteld – nieuwe omstandigheden (een novum) aanvoeren, die een ander licht op de zaak werpen. Die lat ligt hoog. Als dat lukt, en laat ik eerlijk zijn, dat is niet vaak, moet de zaak vervolgens opnieuw worden behandeld, in weer een nieuwe rechtszaak.
Geruchtmakende gerechtelijke dwalingen
Enkele geruchtmakende zaken waarin na jaren strijd bleek dat er sprake was van gerechtelijke dwalingen zijn: de Puttense moordzaak, Lucia de B., de Schiedammer Parkmoord, Ina P., de Showbizz moord.
In al deze zaken zijn eerst lange gevangenisstraffen opgelegd. En is er lang gestreden voor vrijspraak. Soms zelfs langer dan de opgelegde straf.
Opkomst AI
Met de opkomst van AI in de maatschappij, dus ook in ons rechtssysteem, vrees ik dat de kans op meer gerechtelijke dwalingen op de loer ligt. De ontwikkelingen op het gebied van AI gaan razendsnel. Daar wordt volop mee geëxpirimenteerd. Ook in ons rechtssysteem. Achter de schermen. Daarvoor is vast en zeker budget vrijgemaakt in de begrotingen op het departement van justitie en veiligheid.
Nu verwacht ik niet direct dat AI in de vorm van een soort rechtershologram recht gaat spreken in de rechtszaal.
AI in het strafrecht
Maar wat ik wel verwacht is dat AI achter de schermen in ons strafrecht een grote rol zal hebben. Met bijvoorbeeld een tool waarmee dossiers eenvoudig worden gefilterd op bewijsmiddelen. Waardoor AI bepaalt of iemand schuldig is of niet. Of denk aan een tool waarmee een requisitoir voor het OM, of een vonnis wordt gemaakt. De mogelijkheden van AI lijken grenzeloos. Denk je eens in hoeveel voorbereidingstijd dat zou besparen. En hoeveel werkdruk dat zou wegnemen. Het gevaar is dat officieren, rechters, zich (deels) gaan verlaten op AI technologie. En de nuances die een zaak zouden kunnen kantelen over het hoofd zien. Als AI een rol krijgt (of heeft?) in ons rechtssysteem wordt het risico op toename van gerechtelijke dwalingen groter.
Rechtspreken is mensenwerk
De opkomst van AI in ons rechtssysteem is een beangstigend idee. Rechtspreken moet mensenwerk blijven. De menselijke weegschaal moet, ook al leidt deze soms tot foute uitspraken, blijven. Aan ons advocaten de taak de menselijke inbreng te blijven borgen.
Deze column is geschreven door mr. Nancy Dekens.
Moet u voorkomen?
Neemt u gerust contact op als u een dagvaarding heeft ontvangen en moet voorkomen. Wij staan voor u klaar.
Mr. Nancy Dekens
dekens@dacrime.nl
Indien u wordt verdacht van een strafbaar feit, aarzel niet en neem contact op met een van onze advocaten.
Dekens Aytemur advocaten
Worden we ingehaald door het Europees Openbaar Ministerie (EOM)?
Worden we ingehaald door het Europees Openbaar Ministerie (EOM)?
Cursus op Curaçao
De eerste week van oktober was ik op Curaçao voor een strafrechtcursus. Een van de sprekers tijdens deze cursus was Miranda de Meijer, European Prosecutor bij het Europees Openbaar Ministerie (EOM). Europees Openbaar Ministerie hoor ik jullie denken? Dat dachten wij ook. We zaten met ruim 20 strafrechtadvocaten in de zaal en niemand had nog van het Europees Openbaar Ministerie gehoord. De Meijer vertelde ons dat het Europees Openbaar Ministerie relatief nieuw is, maar dat er daarnaast ook weinig over naar buiten is gebracht in Nederland. Oftewel, het was niet gek dat we er nooit over hadden gehoord. Wel moesten we ons in Nederland klaarmaken voor strafzaken die we binnenkort konden gaan verwachten, dat ging niet lang meer duren, volgens De Meijer.
Wat is het Europees Openbaar Ministerie?
Het Europees Openbaar Ministerie is een onafhankelijk EU-orgaan dat zich richt op onderzoek, vervolging en berechting van strafbare feiten die de financiële belangen van de EU schaden. Het gaat dan voornamelijk om fraude met Europese subsidies, grensoverschrijdende btw-fraude en corruptie met betrekking tot EU-middelen. Het EOM is officieel in 2017 opgericht, maar sinds juni 2021 pas operationeel. Inmiddels nemen 22 lidstaten, waaronder Nederland, deel aan het EOM.
Een succes?
Het EOM werkt niet alleen nauw samen met nationale autoriteiten, maar heeft ook een zelfstandige bevoegdheid om onderzoeken te starten en procedures te voeren in de deelnemende lidstaten. Het EOM zou tot nu toe al meer dan 220 strafzaken hebben lopen, waarvan een deel inmiddels al is afgedaan.
Korte lijntjes
Het EOM is opgericht om grensoverschrijdende criminaliteit efficiënter aan te pakken. Het kantoor zit in Luxemburg. De European Prosecutors kunnen bij elkaar naar binnen lopen en vragen stellen met betrekking tot een zaak. De informatielijn is daardoor ontzettend kort. Het idee is dat op deze manier een effectieve samenwerking tot stand komt en in zaken sneller kan worden gehandhaafd.
Zorgen over nationale soevereiniteit
De vraag waarom wij er niks vanaf weten, terwijl men al vanaf 2021 bezig is, vond ik toch interessant. Het blijkt dat Nederland weinig ruchtbaarheid aan het EOM heeft gegeven, omdat Nederland in eerste instantie niet enthousiast was over de oprichting ervan. Dit had te maken met zorgen over de nationale soevereiniteit op het gebied van het strafrecht. Ik kan me dat overigens heel goed voorstellen, want waar ligt de grens? Nu gaat het om financiële belangen van de EU, maar hebben wij de garantie dat het in de toekomst, als het EOM successen blijft behalen, niet ook om andersoortige zaken zal gaan? De ervaring leert dat grenzen relatief zijn. En ik denk dat die garantie er niet is. Naarmate meer landen deelnemen en de samenwerking zich verder ontwikkelt, zou het snel over andere zaken kunnen gaan. Voor we het weten werken we voor de EU, terwijl dat eerder nooit onze bedoeling is geweest. Er zijn nu al suggesties dat het EOM in de toekomst ook andere vormen van grensoverschrijdende criminaliteit zoals mensenhandel of cybercrime zou kunnen aanpakken. We gaan het zien. Maak je borst maar nat.
Deze column is geschreven door mr. Semra Aytemur.
Moet u voorkomen?
Neemt u gerust contact op als u een dagvaarding heeft ontvangen en moet voorkomen. Wij staan voor u klaar.
Mr. Semra Aytemur
aytemur@dacrime.nl
Indien u wordt verdacht van een strafbaar feit, aarzel niet en neem contact op met een van onze advocaten.
Dekens Aytemur advocaten
Fatbike terreur
Fatbike terreur
Sinds jaar en dag verplaats ik me in de stad op mijn oude stadsfiets. De desbetreffende fiets heb ik al meer dan vijfentwintig jaar. Stamt nog uit mijn studententijd. Functioneert nog steeds prima. De fiets ís zichtbaar oud: verroest, een halve bel, een afgebroken koplamp. Niemand die het waagt deze fiets te stelen. Heerlijk om ermee naar de rechtbank te fietsen, of een politiebureau. En doorgaans sneller dan met de auto. Bijkomstig voordeel: meteen wat lichaamsbeweging; want deze fiets is natuurlijk niet elektrisch.
Fatbikers
Intussen betrap ik mezelf erop dat ik een verkeersdeelnemer ben geworden die zich groen en geel ergert aan fatbikers.
Pubers
Fatbikers zijn doorgaans jong. Pubers. Met zijn tweeën of meer zitten ze op zo’n fiets. De bestuurder vaak met telefoon in de hand. Op de weg letten en op overige verkeersdeelnemers, komt in het gemiddelde puberbrein niet op. Dus ook niet bij fatbikers.
Harder dan toegestane maximumsnelheid
Van gevaar zijn fatbikers zich niet bewust. Ze willen er ook niet op worden aangesproken. We moeten niet zo zeiken. Intussen gaan die fatbikes hard. Harder dan de gemiddelde snelheid die een auto mag rijden in het Amsterdamse centrum.
Roep om regelgeving fatbikes
Het is niet verwonderlijk dat de media de laatste maanden bol staat van verkeersongevallen met – ernstig – letsel tot gevolg. De roep om een fatbikeverbod of invoering van een minimumleeftijd, of helmplicht zwelt inmiddels landelijk aan. Maar zover is het voorlopig niet.
Botsing Dedemsvaartse voetganger
Afgelopen zomer vond in het plaatsje Dedemsvaart een botsing plaats met een fatbike. De bestuurder kwam in botsing met een voetganger. De voetganger kreeg prompt een klap op zijn bek toen hij de fatbiker aansprak op zijn fietsgedrag. De fatbiker verdween daarna als de bliksem.
Filmen met Iphone
Dit gedrag kan natuurlijk absoluut niet. Laat ik daar duidelijk over zijn. Maar wat vervolgens gebeurde evenmin.
Voortvluchtige crimineel
Deze jongen had de pech dat een omstander het hele incident met mobiele telefoon filmde. De beelden kwamen in handen van de politie. En de politie besloot deze beelden vorige week online te plaatsen. De fatbiker was volledig herkenbaar in beeld. De Telegraaf deelde deze beelden vervolgens ook. Alsof het hier om een gevaarlijke voortvluchtige crimineel was, die nationaal werd gezocht voor een moord.
Had niet volstaan kunnen worden met een minder vergaande publicatie?
De fatbiker, een jongen van 14 jaar oud, meldde zich daarop bij de politie. Opsporingsdoel bereikt. De herkenbare beelden werden kort daarop door de politie offline gehaald. De Telegraaf blurde de beelden.
Deze jongen schaamde zich onderhand vast en zeker voor de door hem veroorzaakte botsing. Én voor zijn asociale gedrag door die man vervolgens te slaan en te vluchten. Misschien handelde deze jongen, nog maar een kind, in een vlaag van paniek. Uit angst dat zijn ouders er achter zouden komen en heel boos zouden worden?
Levensles
Vluchten levert niets op. Die les heeft deze jongen hopelijk geleerd. In die zin werkt de actie van de politie wellicht preventief onder pubers.
Kracht van social media
Die beelden zijn weliswaar verwijderd, maar niet verdwenen.Het gevolg voor de puber is dat hij tot in de eeuwigheid door zijn identificerende beeldmateriaal wordt achtervolgd. Zijn reputatieschade is enorm. De gevolgen van deze lichtvaardige privacyschending voor deze jongen zijn buitenproportioneel.
Disproportionele schending privacy & reputatieschade
Dat de politie deze jongen aan de tand wilde voelen over zijn gedrag is alleszins begrijpelijk. Het middel dat is ingezet om dit doel te bereiken getuigt echter niet van zorgvuldige belangenafweging tussen het incident – botsing gevolgd door eenvoudige mishandeling – en de gevolgen voor een 14 jarig kind. Gelet op de jeugdige leeftijd van deze jongen en zijn toekomstperspectieven had het publiceren van het ongeanonimiseerde beeldmateriaal achterwege moeten blijven.
U kunt nu denken: net goed. Maar wat als het uw kind overkomt? Of uw neefje, het buurmeisje, het kind van uw beste vriend(in)? Denkt u dat dan nog steeds?
Pubers maken fouten en moeten daarvan kunnen leren. Ze verdienen in het huidige social media klimaat meer bescherming van de overheid tegen permanente reputatieschade.
Moet u voorkomen?
Neemt u gerust contact op als u een dagvaarding heeft ontvangen en moet voorkomen. Wij staan voor u klaar.
Mr. Nancy Dekens
dekens@dacrime.nl
Indien u wordt verdacht van een strafbaar feit, aarzel niet en neem contact op met een van onze advocaten.
Dekens Aytemur advocaten
Van alle markten thuis
Nicky, een meisje van bijna dertien, werd een aantal maanden geleden plotseling uit huis geplaatst. De kinderrechter vond dat haar moeder Sandra niet goed genoeg voor haar zorgde. De buren hadden de Raad voor de Kinderbescherming gebeld, omdat het ze was opgevallen dat Sandra te veel alcohol dronk. Nicky zagen ze vaak alleen bij het café aan de overkant zitten, terwijl haar moeder thuis mannen ontving. Ze vermoedden dat zij zich prostitueerde. Sandra ontkende al deze beschuldigingen. Desondanks was een spoeduithuisplaatsing bij de kinderrechter niet te voorkomen.
Tijdens een nieuwe zitting zou het verzoek van de Raad van de Kinderbescherming worden behandeld om de uithuisplaatsing met een jaar te verlengen. Sandra vroeg mij of ik Nicky kon bijstaan op deze zitting. In een hartverscheurende brief aan de rechter had ze geschreven dat ze haar moeder, haar eigen kamer en haar huisdieren miste.
Ik ontmoette Nicky op de crisislocatie waar ze was geplaatst. Nooit eerder had ik zo’n jonge cliënt gehad. In het echt zag ze er nog jonger uit dan haar bijna dertien jaar; klein en mager en met een vaal gezicht, alsof ze ondervoed was. In ons eerste gesprek probeerde ik vooral Nicky’s vertrouwen te winnen. Ik vertelde dat ik haar advocaat was, en niet die van haar moeder, en dat ik alleen háár belangen zou behartigen. We spraken over koetjes en kalfjes en ik mocht aan het eind van het gesprek haar kamer zien. De locatie baarde mij zorgen. Ze had een kille kamer, de afdeling was alles behalve gezellig en er zaten jongens en meisjes met allerlei problemen en leeftijden. Geen plek waar je langer dan een week zou moeten zitten, en Nicky zat er al drie maanden.
Het klikte tussen ons, en al gauw begon ze mij WhatsAppberichtjes te sturen over hoe het met haar ging. In de tussentijd kreeg ze een nieuwe locatie toegewezen, in een gezinshuis in Almere, een betere plek dan de tijdelijke crisislocatie. Dit betekende wel dat ze van school af moest in Amsterdam, en dat vond ze vreselijk. Ze zat al op haar vierde basisschool en was daar eindelijk op haar plek. Ze had een lieve juf, haalde goede cijfers en had leuke klasgenoten.
Een week voor de zitting belde de griffier mij, om door te geven dat de kinderrechter Nicky graag wilde horen. Of ik voor vervoer kon zorgen? Omdat Nicky niet in een gesloten jeugdinrichting zat, werd het vervoer niet door de rechtbank zelf geregeld. Ook Jeugdzorg wilde het vervoer niet regelen, omdat ze het niet noodzakelijk vonden dat Nicky aanwezig zou zijn. Ze had tenslotte haar kijk op de zaak al in de brief aan de kinderrechter gegeven. Ik was in dubio. Enerzijds vond ik het te ver gaan om zelf twee keer van Amsterdam naar Almere te rijden om haar te halen en terug te brengen. Dat was niet mijn taak en ik wilde niet aansprakelijk zijn als er iets zou misgaan. Anderzijds voelde ik mij verantwoordelijk voor Nicky’s belang. Alleen als Nicky aanwezig zou zijn, kon de kinderrechter zien en horen wat zij wilde. Hoewel ik ook al geen kilometervergoeding kreeg van de Raad voor Rechtsbijstand, ben ik die dag toch maar twee keer op en neer naar Almere gereden.
Nicky en ik hebben ons best gedaan om de kinderrechter ervan te overtuigen dat ze beter af was bij haar moeder. Niet alleen vanwege de vertrouwde omgeving, maar ook vanwege school. Het mocht helaas niet baten. De kinderrechter vond dat de moeder van Nicky zich onvoldoende had ingespannen om Nicky weer thuis te kunnen opnemen. Ze moest eerst aan haar eigen trauma’s werken.
Nicky woont inmiddels in het gezinshuis in Almere en zit daar nu ook op de basisschool, haar vijfde op rij.
De namen van Nicky en Sandra zijn gefingeerd.