Advocaat bedreiging in Amsterdam nodig?
Er is niet één soort bedreiging. Bedreiging bestaat in diverse gradaties, waarbij sommige bedreigingen wél strafbaar zijn en sommige niet. Om van bedreiging te kunnen spreken, moet er sprake zijn van een bedreiging die naar zijn aard en omstandigheden redelijke vrees kon opwekken dat het misdrijf waarmee werd gedreigd daadwerkelijk zou gaan plaatsvinden. Van belang daarbij is dat de bedreiging diegene die bedreigd is daadwerkelijk moet hebben bereikt.
Er kunnen behoorlijke straffen voor bedreiging worden opgelegd. Daarom is het belangrijk dat indien u of iemand in uw omgeving verdacht wordt van bedreiging, adequaat wordt gehandeld door een deskundige advocaat te raadplegen. Ons kantoor beschikt over dergelijke advocaten.
Wat is bedreiging?
Bedreiging is opgenomen onder Titel XVIII (misdrijven tegen de persoonlijke vrijheid) van het Wetboek van Strafrecht. Uit artikel 285 Sr volgt dat onder bedreiging wordt verstaan:
“1. Bedreiging met openlijk in vereniging geweld plegen tegen personen of goederen, met geweld tegen een internationaal beschermd persoon of diens beschermde goederen, met enig misdrijf waardoor gevaar voor de algemene veiligheid van personen of goederen of gemeen gevaar voor de verlening van diensten ontstaat, met verkrachting, met feitelijke aanranding van de eerbaarheid, met enig misdrijf tegen het leven gericht, met gijzeling, met zware mishandeling of met brandstichting, wordt gestraft met gevangenisstraf van ten hoogste twee jaren of geldboete van de vierde categorie.
2. Indien deze bedreiging schriftelijk en onder een bepaalde voorwaarde geschiedt, wordt ze gestraft met gevangenisstraf van ten hoogste vier jaren of geldboete van de vierde categorie.
3. Bedreiging met een terroristisch misdrijf wordt gestraft met gevangenisstraf van ten hoogste zes jaren of geldboete van de vijfde categorie.
4. Indien het feit, omschreven in het eerste, tweede of derde lid, wordt gepleegd met het oogmerk om een terroristisch misdrijf voor te bereiden of gemakkelijk te maken, wordt de op het feit gestelde gevangenisstraf met een derde verhoogd.”
Om van bedreiging te kunnen spreken, moet er sprake zijn van (voorwaardelijk) opzet. Dat wil zeggen dat de persoon die de belediging uit, opzet moet hebben op het feit dat de bedreigde daadwerkelijk op de hoogte is geraakt van de bedreiging. Daarnaast moet de bedreiging zodanig zijn dat bij de bedreigde de ‘redelijke vrees’ kon ontstaan voor het misdrijf waarmee werd gedreigd (ECLI:NL:HR:2005:AT3659). De voorwaardelijke opzet hierop betekent dat iemand bewust de aanmerkelijke kans neemt dat het gevolg intreedt.
Is bedreiging altijd strafbaar?
Er zijn verschillende variaties van bedreigingen. Zo kunt u bijvoorbeeld verdacht worden van bedreiging met openlijk in vereniging geweld plegen tegen personen of goederen. Ook kan gedacht worden aan bedreiging met een terroristisch misdrijf.
Er kunnen omstandigheden aan de orde zijn die ervoor zorgen dat de bedreiging niet strafbaar is. Om van een bedreiging te kunnen spreken, moet er wel sprake zijn van ‘redelijke vrees’. De bedreiging moet in algemene zin de vrees kunnen opwekken dat een bepaald misdrijf gepleegd zou gaan worden. Zo hoeft de uitspraak ‘ik heb een bijl in mijn fietstas en daar sla ik hem zijn kop mee in’ niet per se te worden opgevat als een bedreiging.
Er kan slechts een bewezenverklaring voor bedreiging volgen indien er zodanige omstandigheden zijn dat bij degene die bedreigd werd de redelijke vrees kon ontstaan dat het misdrijf waarmee werd gedreigd ook zou worden gepleegd.
Daar hoeft lang niet altijd sprake van te zijn. Zo zijn de bewoordingen ‘ik doe je wat aan’ en ‘ik ben in staat iemand te vermoorden vandaag’ op zichzelf genomen onvoldoende om te kunnen spreken van bedreiging (ECLI:NL:GHARL:2018:4038).
Straffen voor bedreiging
De maximumstraf voor bedreiging varieert. Over het algemeen geldt een maximum gevangenisstraf van twee jaar voor bedreiging. Wanneer er sprake is van een schriftelijke bedreiging (bijvoorbeeld een dreigbrief of een kogelbrief) dan geldt een maximum gevangenisstraf van vier jaar. Tot slot kan bij bedreiging met een terroristisch misdrijf een maximum gevangenisstraf van zes jaar worden opgelegd.
De richtlijnen van het Openbaar Ministerie en de Rechtspraak bieden aanknopingspunten voor respectievelijk de straf die het Openbaar Ministerie zal eisen en de straf die de rechter – als tot een bewezenverklaring wordt gekomen – zal opleggen.
Het Openbaar Ministerie zal een strafeis baseren op haar eigen richtlijn. Die richtlijn treft u via deze link aan (https://beleidsregels.om.nl/index/richtlijn-40/).
De rechter zal uiteindelijk kijken naar de zogenoemde LOVS-richtlijn. Op basis van deze richtlijn kunt u een indicatie van de te verwachten straf krijgen. Die richtlijn treft u via deze link aan (https://www.rechtspraak.nl/sitecollectiondocuments/orientatiepunten-en-afspraken-lovs.pdf).
Let op: dit zijn niet voor niets richtlijnen. Hiervan kan worden afgeweken.
Onze advocaten zullen er alles aan doen om ervoor te zorgen dat – bij een eventuele bewezenverklaring – de straf zo laag mogelijk uitvalt. Daarbij kunnen bijvoorbeeld media-aandacht, uw persoonlijke omstandigheden of de omstandigheden waaronder een misdrijf is gepleegd een rol spelen.